Kunst in de zorg: panelgesprek
Xander Berbé
In juni verzamelde een honderdtal geïnteresseerden bij Kuumba
voor Connect & Reflect, Lasso’s inspiratiedag rond wat kunstenaars kunnen betekenen in de klas, in de publieke ruimte, binnen detentie… Op het programma stond onder andere een panelgesprek over kunst in de zorg.
Esther De Soomer kwam toen vertellen over Klarafestival in de zorg dat muziek naar Brusselse zorginstellingen brengt. Muzikante Sara Salvérius deelde haar ervaringen na een residentie in een woonzorgcentrum. En Bart Meyfroidt lichtte de kunstprojecten binnen zorginstelling Zonnelied toe. Het gesprek werd gemodereerd door Julie Rodeyns van Through Art We Care. Hieronder vind je een neerslag van wat gezegd werd.
Foto © Klarafestival In De Zorg
Esther, jullie bieden jonge kunstenaars speelkansen aan via communityprojecten en residenties in woonzorgcentra. Hoe komen die tot stand?
Esther: Bij ons is de wisselwerking van groot belang. We willen mensen in woonzorgcentra opnieuw een concert laten beleven. We zorgen voor context, introduceren de artiesten en bieden programmaboekjes aan, ook aan mensen voor wie lezen moeilijk is. De boekjes bevatten grote foto’s en fungeren als een soort aandenken. Zo voelen mensen zich betrokken.
Omgekeerd is een concert in een woonzorgcentrum ook erg waardevol voor muzikanten. Spelen in zo’n context is immers helemaal anders dan optreden op een klassiek podium. Muzikanten hebben direct contact met het publiek en zien van dichtbij hoe mensen op hun muziek reageren. Eén van onze artiesten benadrukte onlangs na een concert hoe waardevol dat was. Ook dat is deel van de return voor de artiesten.
Wel blijft het een leerproces en hangt veel af van de locatie. De eerste keer dat we een residentie organiseerde voor een componist in een woonzorgcentrum, kwam er iemand zijn kamer binnen en vroeg: "Moet u gewassen worden?" Dat was uiteraard niet de bedoeling dat de interne communicatie van ons en het woonzorgcentrum beter kon. Ook beseffen we dat het voor de residenten een eenzame tijd kan zijn, ondanks onze pogingen om langs te gaan.
Communicatie en afspraken op voorhand zijn cruciaal. Ik bezoek voor elk concert de locatie om met de ergotherapeut of animator te spreken. We luisteren naar de noden en communiceren die duidelijk naar de muzikanten.
Hoe ervaar jij dat als zorgverlener, Bart? Hoe kijken jullie naar kunstenaars die in jullie context binnentreden?
Bart: Kunstenaars die van buitenaf een project komen doen met onze bewoners zijn een grote meerwaarde. Momenteel werken we via Art Inclusive met Lasso aan een artistiek traject dat artieste Joan Somers Donnelly zal vormgeven. Ze zal aan het werk gaan met een uitdagende groep: mensen met een meervoudige beperking, zowel mentaal als fysiek. Er worden nu al basic activiteiten voor hen georganiseerd, maar binnen dit traject zullen ze ook artistiek en creatief gestimuleerd worden.
Vanuit mijn rol als begeleider ken ik onze bewoners heel goed en weet ik meestal hoe ze zullen reageren in bepaalde situaties. Maar als er iemand extern komt die hen vanuit muziek, drama of beeldende kunst aanspreekt, dan zie je vaak hoe vaste patronen wegvallen. Ik heb zo al veel van onze mensen zien groeien, dat is erg mooi om te zien.
Ik zou iedereen willen aanraden om eens in een andere context te leven: het verandert je perspectief, je gaat vanzelf anders denken. Evidente dingen worden plots minder vanzelfsprekend. Ik ging naar huis met dankbaarheid voor mijn eigen leven en voor de mensen om me heen.
- Sara
Sara, ik wil even ingaan op jouw perspectief als kunstenaar. Hoe heb jij je gevoeld tijdens jouw residentie?
Sara: Ik doorliep een veelheid aan emoties: dankbaarheid, verdriet, nostalgie. En ik heb me inderdaad erg eenzaam gevoeld omdat ik dat ook bij de bewoners voelde. Maar al die gevoelens zetten veel in gang. Mijn opdracht was om één stuk te schrijven, het werden er uiteindelijk acht. Het was dus erg inspirerend om daar te verblijven.
Ik zou iedereen willen aanraden om eens in een andere context te leven: het verandert je perspectief, je gaat vanzelf anders denken. Evidente dingen worden plots minder vanzelfsprekend. Ik ging naar huis met dankbaarheid voor mijn eigen leven en voor de mensen om me heen.
Kunstenaars zijn vaak zelf niet bezig met wie het publiek is of zou kunnen zijn. Ze denken niet na over de context of reacties. Het is gewoon authentiek werk.
- Bart
Hoe past zo'n opdracht binnen het carrièrepad van een kunstenaar? Is dit een weg die je verder wilt bewandelen?
Sara: Als kunstenaar vind ik het belangrijk om elke kans tot ontwikkeling en groei aan te grijpen. Hoewel ik vereerd was met de vraag voor de residentie, voelde ik ook angst naarmate de startdatum naderde. Maar na afloop ben ik erg tevreden: nieuwe muziek en inzichten waren het resultaat. Het is cruciaal om te blijven groeien, niet alleen als kunstenaar maar ook als mens.
Bart, jij wil ook je kunstenaars promoten. Wat doet werken in een zorgcontext met de professionele identiteit van een kunstenaar? Hoe belangrijk is het voor jullie om tot één of beide werelden te behoren?
Bart: In onze beeldende ateliers experimenteren mensen met een beperking en ontwikkelen ze een persoonlijke beeldtaal. Sommige werken worden interessant bevonden door een breed publiek. Maar kunstenaars zijn vaak zelf niet bezig met wie het publiek is of zou kunnen zijn. Ze denken niet na over de context of reacties. Het is gewoon authentiek werk. De vraag om tentoon te stellen komt dus niet van hen, maar bij een expositie merk je wel een enorm positief effect op hun fierheid.
Esther, zijn er basisvoorwaarden om een kunstproject op te starten in de zorg?
Esther: Allereerst is budget essentieel. We betalen de muzikanten, ook voor de residentie. Dat lijkt me logisch want het is geen vrijwilligerswerk. Klarafestival maakt de keuze om in dit soort projecten te investeren. De financiering hiervoor komt deels uit de subsidielijn van Polsslag Brussel maar we onderzoeken wel eventuele extra middelen voor de toekomst. Daarnaast is het belangrijk dat zorginstellingen goed begrijpen wat er van hen verwacht wordt en welke context ze moeten creëren. Het gesprek hierover is cruciaal. Tijd speelt ook een grote rol. We moeten onszelf de tijd gunnen om te groeien en te leren. Luisteren naar de bewoners is even belangrijk.
Sara: Als kunstenaar is het waardevol om je eigenheid te kunnen behouden: niet te veel gestuurd worden en de vrijheid krijgen om iets te creëren.
Bart: Bij onze theatergroep en het project met Joan zien we dat succes voortkomt uit een goed begrip van het publiek, en van hun unieke behoeften. Er wordt op voorhand goed bekeken en overlegd wie de deelnemers zijn, wat ze zelf kunnen, waar ze hulp bij nodig hebben, wat ze fijn vinden… Als daar bij aanvang op wordt ingespeeld, kunnen er heel mooie dingen gebeuren. Ik merk ook dat er bij ons positieve ontwikkelingen plaatsvinden omdat het directiecomité volledig achter ons staat en gelooft in wat we doen. Dit zorgt ervoor dat projecten tot leven komt binnen de instelling. Dat is voor mij van groot belang.
Vraag uit het publiek: Wat kan de kunstsector zelf betekenen? Is er genoeg waardering en draagvlak voor kunst in de zorg? Staat een passage in Bozar bijvoorbeeld niet beter op een artiesten-cv dan één in een woonzorgcentrum?
Esther: De kunstensector is divers, en er zijn zeker plekken waar minder interesse is in dit soort projecten. Dat hoeft ook niet altijd. Kunst kan op verschillende manieren gemaakt worden, zonder altijd die directe link tussen kunst en zorg te leggen. Toch ben ik het ermee eens dat het verbinden van gemeenschappen en kunstenaars essentieel is. In Groot-Brittannië gebeurt dit veel zichtbaarder, maar ook hier zijn er kleinschalige initiatieven die bruggen bouwen. Ons festival is ook een beetje als een bulldozer (een mooie dan :) die langzaam duurzame verandering teweegbrengt. Er is nog ruimte voor verbetering, maar het werkt wel.